Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarna zeide David tot hem: Wiens zijt gij? En van waar zijt gij? Toen zeide de Egyptische [17]jongen: Ik ben de knecht van een Amalekietischen man, en mijn heer heeft mij verlaten, omdat ik [18][voor] drie dagen krank geworden ben. 17. Dat is, jonkman, jongeling. Zie Gen.22:5. 18. Hebreeuws, die is de derde dag.